Einde aan de ongebreidelde toegang voor het grote publiek tot het UBO-register

Einde aan de ongebreidelde toegang voor het grote publiek tot het UBO-register

De uitspraak d.d. 22 november 2022 van het Europese Hof van Justitie zorgde voor een omwenteling op het vlak van de raadpleegbaarheid van het UBO-register. Middels een praktische ingreep waren deze gegevens niet langer toegankelijk voor het grote publiek. Inmiddels heeft men ook formeel ingegrepen door middel van een wet en koninklijk besluit d.d. 8 februari 2023, maar dat is niet alles. Men maakte van deze gelegenheid gebruik om ook heel wat andere punten te preciseren en aan te passen.

De ongebreidelde toegang tot het UBO-register van het grote publiek (1) nam reeds - tijdelijk - zijn einde op 22 november 2022, toen het Europese Hof van Justitie besliste dat de openbaarheid van gegevens in het nationale UBO-register een ernstige inmenging vormt op het recht op eerbiediging van het privéleven en het recht op bescherming van persoonsgegevens, die respectievelijk zijn vastgelegd in de artikelen 7 en 8 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.

Let wel, bovenstaande beperking van de openbare toegang van het register had enkel betrekking op de raadpleging door burgers. De toegang voor de bevoegde autoriteiten en de actoren uit de privésector die onder de antiwitwaswetgeving verplicht zijn een cliëntenonderzoek uit te voeren (zoals banken, notarissen, advocaten, accountants, vastgoedmakelaars, etc.) stond niet ter discussie en werd niet aangepast.

Ondertussen heeft de Belgische wetgever haar ei gelegd in de nieuwe wet d.d. 8 februari 2023, dewelke gepaard gaat met het koninklijk besluit d.d. 8 februari 2023. Hierin worden verschillende punten verduidelijkt en toegevoegd, waarvan de belangrijkste de beperking in de toegang tot het UBO-register voor het grote publiek. Wij sommen ze hieronder kort op.

Toegang tot het grote publiek

De Belgische wetgever besliste dat elke natuurlijke of rechtspersoon die een legitiem belang kan aantonen de gegevens in het UBO-register kan raadplegen. Het koninklijk besluit verduidelijkt wat moet begrepen worden onder legitiem belang:

De aanvraag tot toegang kan worden toegekend onder één van de volgende voorwaarden die als een legitiem belang worden beschouwd:

  1. de aanvrager heeft een doel of voert op duurzame en effectieve wijze activiteiten uit in verband met de strijd tegen het witwassen van geld, de financiering van terrorisme en de verbonden onderliggende criminele activiteiten zoals gedefinieerd in artikel 4, 23° van de wet van 18 september 2017;*
  2. de aanvrager treedt op in rechte in het kader van het doel of activiteiten bedoeld in 1°, met het oog op de verdediging van een belang dat verband houdt met dat doel of die activiteiten;
  3. de aanvrager zal een economische relatie aangaan of verrichtingen uitvoeren met een informatieplichtige en de aanvrager is betrokken in activiteiten relevant ter voorkoming van of de strijd tegen het witwassen van geld, de financiering van terrorisme en de verbonden onderliggende criminele activiteiten zoals gedefinieerd in artikel 4, 23° van de wet van 18 september 2017 en hij heeft nog geen toegang tot het register krachtens artikelen 6, 1° tot 2° of 7, 1° tot 2°.

De aanvraag tot toegang wordt gericht aan de Administratie van de Thesaurie. Het is op te merken dat er hier toch een gevoelige uitbreiding voorzien is in de mogelijkheden van raadpleging van het UBO-register. Voorheen was het voor burgers slechts mogelijk om zicht te krijgen op de UBO’s van een welbepaalde vennootschap. Thans laat het koninklijk besluit toe om in uw aanvraag te verzoeken om de gegevens van een bepaalde UBO te raadplegen.

Een dergelijke aanvraag kan door de Administratie van de Thesaurie geweigerd worden. Tegen de weigering bestaat de mogelijkheid een verzoek tot herziening opnieuw (!) te richten aan de Administratie van de Thesaurie. Hiervoor heeft de aanvrager een termijn van twee maanden vanaf de ontvangst van de beslissing tot weigering.

Eén achterpoortje lijkt er onzes inziens niet te zijn gedicht: wanneer een (i)vzw, een stichting, een trust, een fiducie of een gelijkaardige juridische entiteit zeggenschap heeft over een vennootschap of één van de zonet genoemde entiteiten, kan een burger volstaan met een verzoek tot raadpleging te richten aan de Administratie van de Thesaurie waarin hij/zij deze controle aantoont. Een “legitiem belang” hoeft dan niet te worden aangetoond. De mogelijkheid bestaat uiteraard dat deze toets wel wordt gemaakt door de Administratie van de Thesaurie, doch dit is dan - strikt gezien - in strijd met de letter van en voegt dan een voorwaarde toe aan het koninklijk besluit.

Overige wijzigingen

De Belgisch wetgever geeft dus gevolg aan de uitspraak van het Hof van Justitie en komt terug op de ongebreidelde toegang tot het UBO-register voor het grote publiek, maar dat is niet alles.

Hij besliste eveneens om het begrip “informatieplichtige” te verduidelijken, meer bepaald door te stellen dat niet alleen de vennootschap of entiteit zelf als dusdanig wordt beschouwd, maar ook hun wettelijke vertegenwoordigers. Deze wettelijke vertegenwoordigers (bijvoorbeeld bestuurders) zijn niet te verwarren met de mandatarissen voor UBO-doeleinden, zoals accountants, notarissen, advocaten etc.). Dit is in lijn met de sancties die reeds konden worden toegepast ten aanzien van de bestuurders/zaakvoerders bij niet-nakoming van de verplichtingen van de “informatieplichtigen”.

Verder wordt de toegang ook terug uitgebreid, maar dan louter op het vlak van de raadpleging door de autoriteiten (bijvoorbeeld de ‘sanctieautoriteiten’). Dit zorgt ervoor dat het register van uiteindelijke begunstigden ook kan worden geraadpleegd in het kader van de toepassing en de controle van de verplichtingen inzake embargo's, bevriezingen van tegoeden en andere beperkende maatregelen zoals opgelegd door de Verenigde Naties, de Europese Unie en krachtens nationale bepalingen. Indien andere autoriteiten op grond van andere wetgeving de bevoegdheid hebben om uiteindelijke begunstigden op te sporen of te controleren toegang krijgen, kunnen zij een aanvraag tot toegang richten tot de Administratie van de Thesaurie.

Tot slot wordt de procedure voor het opleggen van de administratieve boetes, alsook de procedure voor de inning en invordering verduidelijkt. Het betreft geen fundamentele wijzigingen, maar louter de vastlegging van de procedures zoals ze in de praktijk worden toegepast. Een dergelijk formeel kader scheppen voor de huidige praktijken, gebeurt overigens op verschillende vlakken middels de wet- en regelgeving van 8 februari jl.

(1) Deze ongebreidelde toegang bestond voorheen voornamelijk voor de gegevens van de uiteindelijke begunstigden van vennootschappen. Sinds een wettelijke ingreep in 2020 bestaat dezelfde toegankelijkheid ook voor enkele gegevens van uiteindelijke begunstigden van stichtingen, (i)vzw’s, trusts en ‘soortgelijke juridische constructies’.



Retour à l’aperçu
Icon articles

articles liés

Ongebreidelde toegang tot het UBO-register strijdig met het recht op privacy

Het UBO-register werd enkele jaren terug door de EU in het leven geroepen in het kader van de strijd tegen witwassen en financiering van terrorisme. De achterliggende idee was dat middels de invoering van een verplichting voor onder meer vennootschappen, VZW’s en stichtingen om aan te duiden wie r…

En savoir plus
Ce site Internet utilise des cookies afin d’améliorer l’expérience de l’utilisateur. En continuant à surfer sur notre site, vous acceptez notre politique en matière de cookies. Plus d’informations