Aanhoudende onduidelijkheid omtrent de fiscale gevolgen van een vroegtijdige vermindering van het kapitaal van een familiale vennootschap

Aanhoudende onduidelijkheid omtrent de fiscale gevolgen van een vroegtijdige vermindering van het kapitaal van een familiale vennootschap

Tot 1 januari 2018, konden kapitaalverminderingen belastingvrij worden doorgevoerd. Sinds 1 januari 2018 worden kapitaalverminderingen op fiscaal vlak pro rata aangerekend op het fiscaal gestort kapitaal en op de reserves, ingevolge waarvan kapitaalverminderingen dikwijls gedeeltelijk onderworpen zijn aan roerende voorheffing ten belope van maximaal 30%. Veel vennootschappen overwogen eind 2017 dan ook om het kapitaal te verminderen.

Voor begiftigden van aandelen van familiale vennootschappen, waarvan de aandelen minder dan drie jaar voorheen werden overgedragen overeenkomstig het fiscaal gunstregime, hield dit een schending in van de continuïteitsvoorwaarde opgenomen in artikel 2.7.4.2.3, §2, 3° dan wel 2.8.6.0.6., §2, 3° van de Vlaamse Codex Fiscaliteit. Aangezien de verschuldigde bijkomende schenk- dan wel erfbelasting destijds over het algemeen het minste van twee kwaden leek, werden er eind 2017, omwille van fiscale redenen, alsnog heel wat kapitaalverminderingen doorgevoerd.

Inmiddels is gebleken dat de omvang van de uiteindelijk verschuldigde bijkomende schenkbelasting, aldus de Vlaamse Belastingdienst, heel wat hoger is dan het bedrag waaraan de begiftigden zich hadden verwacht.

Verschillende procedures voor de Rechtbank van Eerste Aanleg te Gent zouden duidelijkheid brengen. Helaas blijft de onzekerheid aanhouden ingevolge de tegenstrijdige vonnissen.

I. VOORAFGAANDELIJKE TOELICHTING

1.1. Het fiscale prijskaartje van de kapitaalvermindering

Kapitaalverminderingen vinden belastingvrij plaats in de mate dat:

  • de kapitaalvermindering wordt aangerekend op het fiscaal gestort kapitaal(1); en
  • voor zover deze terugbetaling van kapitaal is verkregen ter uitvoering van een regelmatige beslissing tot vermindering van het kapitaal, overeenkomstig de bepalingen van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen of overeenkomstig bepalingen van het vennootschapsrecht van toepassing op de buitenlandse vennootschap.(2)

Tot aan de wet van 25 december 2017 tot hervorming van de vennootschapsbelasting, kon de kapitaalvermindering integraal worden aangerekend op het fiscaal gestort kapitaal en bijgevolg geheel belastingvrij plaatsvinden.

Sinds 1 januari 2018, worden kapitaalverminderingen op fiscaal vlak over pro rata aangerekend op enerzijds het fiscaal gestort kapitaal en anderzijds op de reserves. Het gedeelte van de kapitaalvermindering aangerekend op het werkelijk gestort kapitaal blijft onbelast. Het gedeelte aangerekend op de reserves wordt, aangemerkt als een dividenduitkering, onderworpen aan roerende voorheffing.

1.2. De voorwaarde inzake het behoud van kapitaal

Met het oog op de continuïteit van familiale vennootschappen, geldt in het Vlaamse Gewest sinds 1 januari 2012 een fiscaal gunstregime voor de overdracht van familiale vennootschappen. Ingevolge waarvan aandelen van familiale vennootschappen met vrijstelling van schenkbelasting kunnen worden geschonken.

Teneinde de vrijstelling van schenkbelasting integraal te kunnen behouden, bepaalt artikel 2.8.6.0.6., §2, 3° van de Vlaamse Codex Fiscaliteit dat het kapitaal gedurende drie jaar volgend op de datum van de authentieke akte van schenking niet door uitkeringen of terugbetalingen mag dalen.

Indien deze voorwaarde tot behoud van kapitaal wordt geschonden bepaalt artikel 2.8.6.0.7. van de Vlaamse Codex Fiscaliteit dat evenredig schenkbelasting verschuldigd is overeenkomstig het gebruikelijke tarief.

De Omzendbrief 2015/2 van VLABEL ‘verduidelijkt’ verder: “Het kapitaal in de familiale vennootschappen waarvan de aandelen onder de gunstmaatregel werden overgedragen dient behouden te blijven. Voor deze situatie heeft de decreetgever de sanctie evenwel getemperd om te vermijden dat vennootschappen gedurende 3 jaar zouden vastzitten: indien het kapitaal toch zou dalen door uitkeringen of terugbetalingen, heeft dit niet het volledige verval van de vrijstelling of vermindering tot gevolg. In dit geval zal voor het bedrag van het kapitaal dat wordt uitgekeerd of terugbetaald het normaal tarief inzake de schenk- of erfbelasting van toepassing zijn.”

Eenzelfde werd herhaald in verschillende Voorafgaande beslissingen van de Vlaamse Belastingdienst. In Voorafgaande Beslissing nr. 17022 dd. 5 juli 2017 en in Voorafgaande beslissing nr. 21020 dd. 2 maart 2021 stelt de Vlaamse Belastingdienst letterlijk: “In dit geval zal voor het bedrag van het kapitaal dat wordt uitgekeerd of terugbetaald het normaal tarief inzake de schenk- of erfbelasting van toepassing zijn.” In Voorafgaande Beslissing nr. 16048 dd. 17 oktober 2016 stelt de Vlaamse Belastingdienst: “De kapitaalsvermindering van de NV die gepaard gaat met de partiële splitsing zal belast worden tegen het normaal tarief inzake erfbelasting.”(3)

1.3. Kapitaalverminderingen dd. 2017 door familiale vennootschappen onderworpen aan de continuïteitsvoorwaarden

Gelet op voormelde, werd aldus aangenomen dat de Vlaamse Belastingdienst het begrip ‘evenredig’, waarnaar het decreet verwijst, interpreteert als zijnde ten belope van het bedrag van de kapitaalvermindering. De belastbare grondslag zou dan de kapitaalvermindering zelf betreffen, zodat een schending van de voorwaarde tot behoud van het kapitaal een heffing in de schenkbelasting met zich zou meebrengen berekend aan 3% van de waarde van de vermindering van het kapitaal dat toekomt aan de begiftigde(n).(4)

Bijgevolg werden er eind 2017 heel wat kapitaalverminderingen doorgevoerd door vennootschappen die nog onderworpen waren aan de voorwaarden tot behoud van kapitaal. De verwachte bijkomende schenkbelasting ten belope van 3% op het bedrag van de kapitaalvermindering, zou namelijk heel wat lager liggen dan de pro rata verschuldigde roerende voorheffing aan 30% die van toepassing zou zijn vanaf 1 januari 2018.

Nadat de driejaarstermijn, gedurende dewelke de continuïteitsvoorwaarden moeten worden nageleefd, verstreken is, wordt er een controle doorgevoerd door de Vlaamse Belastingdienst.

Uit deze controle is inmiddels gebleken dat de belastbare grondslag, aldus de Vlaamse Belastingdienst, niet de waarde van de kapitaalvermindering, maar het percentage van de kapitaalvermindering toegepast op de waarde van schenking betreft. Ingevolge het aanslagbiljet van de Vlaamse Belastingdienst werden de belastingplichtigen als volgt belast: 3% x (percentage vermindering kapitaal (%) x waarde van de schenking (€)).

Voorbeeld: Vader deed in 2015 een schenking van de volle eigendom van 100% van de aandelen van naamloze vennootschap X aan zijn kinderen met een totale waarde ten belope van 3.000.000 euro. Vervolgens werd er in 2017 (binnen de drie jaar volgend op de schenking) een kapitaalvermindering doorgevoerd ten belope van 50%, ingevolge waarvan het kapitaal werd verminderd van 1.000.000 euro tot 500.000 euro.

Gelet op de Omzendbrief 2015/2 van VLABEL werd rekening gehouden met een heffing in de schenkbelasting ten belope van 15.000 euro (3% x (100% x € 500.000)).

De belastingplichtigen ontvingen evenwel een aanslagbiljet ten belope van 45.000 euro (3% x (50% x € 3.000.000).

De uiteindelijk verschuldigde bijkomende schenkbelasting betrof aldus veel meer dan hetgeen waaraan de belastingplichtigen zich, conform de Omzendbrief 2015/2 van VLABEL, hadden verwacht.

II. VONNISSEN RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG GENT

Verschillende procedures voor de Rechtbank van Eerste Aanleg te Gent zouden duidelijkheid brengen omtrent de fiscale gevolgen van de vermindering van het kapitaal binnen de drie jaar volgend op de schenking onder het gunstregime. Inmiddels is evenwel gebleken dat de uitspraak verschillend is naargelang de voorzitter die de rechtbank voorzit.

2.1. Vonnissen Rechtbank van Eerste Aanleg te Gent dd. 6 januari 2022

Feiten: Vader deed in 2015 een schenking van de volle eigendom van 20% van de aandelen van naamloze vennootschap X aan vier van zijn kinderen met een totale waarde ten belope van 3.000.000 euro. Vervolgens werd er in 2017 (binnen de drie jaar volgend op de schenking) een kapitaalvermindering doorgevoerd ten belope 3.600.000 euro (90%), ingevolge waarvan het kapitaal werd verminderd van 4.000.000 euro tot 400.000 euro.

De vier begiftigde kinderen ontvingen uit de kapitaalvermindering aldus, gelet op hun aandeelhouderschap ten belope van 20%, gezamenlijk een bedrag van 720.000 euro.

De begiftigden gingen er vanuit dat zij gezamenlijk een heffing in de schenkbelasting ten belope van 21.600 euro zouden ontvangen (3% x (20% x € 3.600.000)).

In de praktijk ontvingen zij evenwel een aanslagbiljet ten belope van 81.000 euro (3% x (90% x € 3.000.000)).(5)

De Rechtbank van Eerste Aanleg te Gent is in haar vonnissen dd. 6 januari 2022 zeer duidelijk “Zonder twijfel dient te worden geoordeeld dat artikel 2.8.6.0.7., §1, lid 3 VCF in die zin dient te worden geïnterpreteerd dat voor het bedrag van het kapitaal dat wordt uitgekeerd of terugbetaald, het normaal tarief inzake de schenkbelasting evenredig van toepassing is.” (6)

De rechtbank stelt dat het nominaal bedrag van de kapitaalvermindering evenredig dient te worden belast met het door de belastingplichtige aangehouden percentage aandelen en dat het percentage dat de kapitaalvermindering uitmaakt van het bestaand kapitaal van de familiale vennootschap irrelevant is.

De belastingplichtigen werden aldus over de gehele lijn in gelijk gesteld. Er is enkel aanvullende schenkbelasting verschuldigd op het bedrag van de kapitaalvermindering dat werd uitgekeerd ten voordele van de begiftigden.

Verder merkt de rechtbank in haar motivering terecht op dat een taxatie die rekening houdt met het kapitaal van de vennootschap op het moment van de schenking ertoe zou leiden dat er totaal aleatoir wordt belast.(7)

Voorbeeld 1: Vader deed een schenking van de volle eigendom van 100% van de aandelen van naamloze vennootschap X aan zijn kinderen met een totale waarde ten belope van 3.000.000 euro. Deze waardering houdt rekening met een kapitaal ten belope van 100.000 euro en overige vermogensbestanddelen, waaronder bezittingen, goodwill, liquiditeiten, … ten belope van 2.900.000 euro. Binnen de drie jaar volgend op de schenking wordt er een kapitaalvermindering doorgevoerd ten belope van 50%, ingevolge waarvan het kapitaal werd verminderd van 100.000 euro tot 50.000 euro.

De Begiftigden ontvangen uit de kapitaalvermindering aldus 50.000 euro. De belastingplichtigen ontvangen een aanslagbiljet ten belope van 45.000 euro (3% x (50% x € 3.000.000)).

Voorbeeld 2: Vader deed een schenking van de volle eigendom van 100% van de aandelen van naamloze vennootschap X aan zijn kinderen met een totale waarde ten belope van 3.000.000 euro. Deze waardering houdt rekening met een kapitaal ten belope van 500.000 euro en overige vermogensbestanddelen, waaronder bezittingen, goodwill, liquiditeiten, … ten belope van 2.500.000 euro. Binnen de drie jaar volgend op de schenking wordt er een kapitaalvermindering doorgevoerd ten belope van 10%, ingevolge waarvan het kapitaal werd verminderd van 500.000 euro tot 450.000 euro.

De Begiftigden ontvangen uit de kapitaalvermindering eveneens 50.000 euro. De belastingplichtigen ontvangen desgevallend evenwel slechts een aanslagbiljet ten belope van 9.000 euro (3% x (10% x € 3.000.000)).

In bovenstaande voorbeelden is zowel de waarde van de schenking als het bedrag van de kapitaalvermindering identiek. Het fiscale prijskaartje daarentegen is erg uiteenlopend. De berekeningswijze waar de Vlaamse Belastingdienst aan vasthoudt, heeft aldus tot gevolg dat de taxatie volledig afhankelijk is van de boekhoudkundige cijfers van de vennootschap, onafhankelijk van het bedrag van het kapitaal dat aan de vennootschap wordt onttrokken.

2.2. Vonnis Rechtbank van Eerste Aanleg te Gent dd. 18 januari 2022

Feiten: Vader en moeder deden in 2015 een schenking van de blote eigendom van aandelen van commanditaire vennootschap X aan hun drie kinderen met een totale waarde in volle eigendom ten belope van 12.000.000 euro. Vervolgens werd er in 2017 (binnen de drie jaar volgend op de schenking) een kapitaalvermindering doorgevoerd ten belope 3.500.000 euro (62,5%), ingevolge waarvan het kapitaal werd verminderd van 5.600.000 euro tot 2.100.000 euro.

De belastingplichtigen gingen er vanuit dat zij gezamenlijk een heffing in de schenkbelasting ten belope van 105.000 euro zouden ontvangen (3% x (100% x € 3.500.000)).

In de praktijk ontvingen zij evenwel een aanslagbiljet ten belope van 225.000 euro (3% x (62,5% x € 12.000.000).(8)

De Rechtbank van Eerste Aanleg te Gent oordeelt in dit vonnis geheel het tegenovergesteld. De rechtbank stelt dat de oorspronkelijk vrijgestelde schenkbelasting alsnog verschuldigd wordt en dit in evenredigheid met de vroegtijdige kapitaalvermindering.(9) De term ‘de schenkbelasting’ opgenomen in artikel 2.8.6.0.7, §1, 3e lid van de Vlaamse Codex Fiscaliteit kan, aldus de rechtbank, niet anders dan betrekking hebben op (een deel van) de oorspronkelijk verschuldigde (maar vrijgestelde) schenkbelasting.(10) De Vlaamse Belastingdienst werd aldus integraal in gelijk gesteld.

2.3. Vonnis Rechtbank van Eerste Aanleg te Gent dd. 1 februari 2022

De feiten die aanleiding hebben gegeven tot het vonnis van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Gent dd. 1 februari 2022 waren identiek dezelfde als de feiten die aanleiding hebben gegeven tot de vonnissen van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Gent dd. 6 januari 2022.

De uitspraken daarentegen zijn geheel het tegenovergestelde. Net zoals in het vonnis dd. 18 januari 2022, stelt de rechtbank dat de oorspronkelijk vrijgestelde schenkbelasting alsnog verschuldigd wordt en dit in evenredigheid met de vroegtijdige kapitaalvermindering.(11) De term ‘de schenkbelasting’ opgenomen in artikel 2.8.6.0.7, §1, 3e lid van de Vlaamse Codex Fiscaliteit kan, aldus de rechtbank, niet anders dan betrekking hebben op (een deel van) de oorspronkelijk verschuldigde (maar vrijgestelde) schenkbelasting.(12)

In ondergeschikt orde werd in dit dossier door de belastingplichtige opgeworpen dat, de Vlaamse Belastingdienst middels de door hem onzorgvuldig opgestelde Omzendbrief 2015/2 desgevallend onjuiste inlichtingen verstrekt. De bepalingen opgenomen in de Omzendbrief 2015/2 worden niet toegepast, terwijl de belastingplichtige uiteraard wel op deze toepassing had gerekend. Bijgevolg heeft de belastingplichtige hierdoor schade geleden.(13) De schade bestaat erin dat de belastingplichtige nu een hogere belasting verschuldigd is dan er mocht worden verwachten. De Vlaamse Belastingdienst heeft, aldus de belastingplichtige, dan ook een fout heeft begaan in de zin van artikel 1382 en artikel 1383 van het oud Burgerlijk Wetboek.

Ook deze ondergeschikte vordering wordt door de rechtbank integraal afgewezen. De rechtbank stelt dat aangezien er geen melding werd gedaan overeenkomstig artikel 2.8.6.0.7. van de Vlaamse Codex Fiscaliteit(14) niet wordt aangetoond dat de fout van de Vlaamse Belastingdienst in oorzakelijk verband tot schade heeft geleden. De schade zou volgens de rechtbank eveneens het gevolg van onzorgvuldig handelen kunnen zijn geweest, waarbij de voorwaarde inzake het behoud van kapitaal werd vergeten.(15)

De Vlaamse Belastingdienst werd aldus integraal in gelijk gesteld.

III. DOELSTELLING VAN DE DECREETGEVER

Zowel de Vlaamse Belastingdienst als de Rechtbank van Eerste Aanleg te Gent lijkt zich geen weg te vinden doorheen het artikel 2.8.6.0.6., §2, 3° van de Vlaamse Codex Fiscaliteit. De Rechtbank van Eerste Aanleg te Gent spreekt tegenstrijdige vonnissen uit en de Vlaamse Belastingdienst neemt een in de Omzendbrief 2015/2 een ander standpunt in als in de praktijk.

Traditioneel stelt men dat er in fiscale zaken van een tekstuele interpretatie moet worden uitgegaan, waarbij woorden en begrippen moeten worden uitgelegd in de context waarin ze vermeld worden. Klare en duidelijke wetteksten zijn niet vatbaar voor interpretatie. Gelet op de tegenstrijdige vonnissen en de tegenstrijdigheden binnen de Vlaamse Belastingdienst, staat evenwel vast dat artikel 2.8.6.0.6., §2, 3° van de Vlaamse Codex Fiscaliteit geen duidelijke bepaling betreft. Desgevallend dient te worden gekeken naar de bedoeling van de decreetgever.

De doelstelling van de Vlaamse decreetgever (en aanvankelijk de federale wetgever) is alleszins wel duidelijk. Het fiscaal gunstregime inzake de overdracht van familiale vennootschappen werd ingevoerd met het oog op het faciliteren van de continuïteit van familiebedrijven en duurzame tewerkstelling.(16)

Hierbij was het niet de bedoeling om ingebracht kapitaal dat niet langer geïnvesteerd wordt in de vennootschap en aldus niet langer bijdraagt aan de continuïteit van het familiebedrijf mee te laten genieten van het gunstregime. Omwille van deze redenen voorziet het decreet in enkele continuïteitsvoorwaarden. De Memorie van Toelichting bij het Decreet van 23 december 2011 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2012 stelt hieromtrent: “De artikelen 140quater W. Reg. en 60/3 W.Succ. bevatten een aantal voorwaarden die na de verkrijging dienen voldaan te worden. De aandelen van de onderneming dienen geen 3 jaar aangehouden te worden, doch de activiteit dient behouden te blijven. De loutere omschrijving van het maatschappelijk doel in de statuten volstaat niet om aan te tonen dat de onderneming of vennootschap enige activiteit heeft. Aanvullend werd voorzien dat ook het kapitaal dient behouden te blijven, teneinde misbruiken te vermijden. Indien een onroerend goed binnen een familiale onderneming overgedragen werd met toepassing van de vrijstelling of vermindering en binnen de 3 jaar na de authentieke schenkingsakte of overlijden hoofdzakelijk tot bewoning wordt aangewend of bestemd, zal dit onroerend goed volledig overeenkomstig het gewone tarief worden belast.”(17)

Uit voorgaande blijkt duidelijk dat de voorwaarde tot behoud van kapitaal door de decreetgever werd ingevoerd als een ‘antimisbruik’-bepaling. De decreetgever wenst te vermijden dat ingebracht vermogen met vrijstelling van schenkbelasting / aan het verminderd tarief inzake erfbelasting wordt overgedragen, maar vervolgens uit de vennootschap wordt gehaald en dus niet bijdraagt aan het doel van de decreetgever (met name het faciliteren van de continuïteit van familiebedrijven en duurzame tewerkstelling). Net zoals de decreetgever in het kader van het gunstregime voor familiale ondernemingen heeft willen vermijden dat bedrijfsvastgoed met vrijstelling van schenkbelasting / aan het verminderd tarief inzake erfbelasting wordt overgedragen en vervolgens wordt aangewend/bestemd voor bewoning.

Het is aldus louter de doelstelling van de decreetgever om:

  • te vermijden dat ingebracht kapitaal kan genieten van het gunstregime en vervolgens uit de vennootschap wordt gehaald en bijgevolg niet bijdraagt aan de continuïteit van het familiebedrijf; en
  • enkel het ingebracht kapitaal dat aan de vennootschap wordt onttrokken te belasten met schenkbelasting, alsof er overgedragen werd zonder toepassing van het gunstregime.

IV. BESLUIT

Uit voormelde blijkt duidelijk dat de decreetgever wenst te vermijden dat ingebracht kapitaal dat kort na de overdracht aan de vennootschap wordt onttrokken mee kan genieten van het gunstregime inzake de overdracht van familiebedrijven. Middels artikel 2.8.6.0.6., §2, 3° van de Vlaamse Codex Fiscaliteit voert de decreetgever dan ook o.i. een fictiebepaling in die ervoor moet zorgen dat het onder het gunstregime overgedragen, maar vroegtijdig uitgekeerd, kapitaal wordt belast alsof het op datum van de schenking niet tot het vermogen van de familiale vennootschap behoorde. Net zoals de decreetgever in het kader van het gunstregime voor familiale ondernemingen bepaalt dat de waarde van het overgedragen vastgoed dat vroegtijdig wordt aangewend/bestemd voor bewoning wordt onderworpen aan schenk-/erfbelasting, alsof het gunstregime nooit werd genoten. Dit blijkt tevens uit het feit dat de toepassing van artikel 2.8.6.0.6., §2, 3° van de Vlaamse Codex Fiscaliteit geen belastingverhoging met zich meebrengt.(18)

De enige manier om aan voormelde doelstelling te voldoen, is dan ook door het bedrag van de kapitaalvermindering te onderwerpen aan schenk- dan wel erfbelasting. Op deze manier wordt er belast alsof de kapitaalvermindering had plaatsgevonden voorafgaandelijk aan de overdracht van de aandelen en dus afzonderlijk was overgedragen waarbij er schenk- dan wel erfbelasting werd voldaan.


(1) Zijnde de werkelijk gestorte inbrengen in geld of in natura.
(2) Artikel 18, 2° Wetboek Inkomstenbelastingen 1992.
(3) Ook in een recentere Voorafgaande Beslissing, met name Voorafgaande Beslissing nr. 21034 dd. 25 mei 2021, werd eenzelfde beslissing nogmaals door de Vlaamse Belastingdienst genomen met betrekking tot kapitaalloze vennootschappen. De Vlaamse Belastingdienst stelt: “Indien het eigen vermogen daalt tot onder het bedrag van de tot op de datum van de authentieke akte van schenking verrichte inbrengen door uitkeringen of terugbetalingen, heeft dit niet het volledige verval van de vrijstelling tot gevolg. In dit geval zal voor het bedrag dat wordt uitgekeerd of terugbetaald en dat het bedrag van de tot op de datum van de authentieke akte van schenking verrichte inbrengen overschrijdt het normaal tarief inzake de schenkbelasting van toepassing zijn.”
(4) T. DUMONT, ‘‘Vlaams gunstregime voor de schenking of vererving van een familiebedrijf: de zienswijze van de fiscus’’, Nieuwsbrief Registratierechten 2012, nr. 4, 23: “Volgens het decreet wordt in voorkomend geval het normaal tarief ‘evenredig’ verschuldigd. De omzendbrief interpreteert het begrip ‘evenredig’ echter als “ten belope van het bedrag van het kapitaal dat wordt uitgekeerd of terugbetaald” en F. HERTEN en W. COPPENS, ‘‘De overdracht van familiale ondernemingen en vennootschappen in het Vlaams Gewest. De langverwachte omzendbrief brengt geen totale duidelijkheid en laat nog ruimte voor discussie en subjectieve beoordeling door de Vlaamse Belastingdienst’’, AFT 2012/11, 24-42: “Ten slotte is het de aandeelhouders niet toegestaan om het kapitaal van de familiale vennootschap gedurende drie jaar na de schenking of het overlijden te verminderen door uitkeringen of terugbetalingen. In tegenstelling tot de andere voortzettingsvoorwaarden is deze laatste voorwaarde niet op straffe van volledig verval van de vrijstelling. Indien er kapitaal wordt uitgekeerd of terugbetaald, zal slechts het bedrag van deze uitkering of terugbetaling onderworpen worden aan de normale tarieven van de schenkings- of successierechten. Voetnoot: Omzendbrief FB/2012/1, 20 juli 2012, BS 23 augustus 2012.”
(5) Gemakkelijkheidshalve werden de bedragen afgerond.
(6) REA Gent dd. 6 januari 2022 rolnr. 20/1850/A; REA Gent dd. 6 januari 2022 rolnr. 20/1851/A en REA Gent dd. 6 januari 2022 rolnr. 20/1853/A.
(7) REA Gent dd. 6 januari 2022 rolnr. 20/1850/A; REA Gent dd. 6 januari 2022 rolnr. 20/1851/A en REA Gent dd. 6 januari 2022 rolnr. 20/1853/A.
(8) Gemakkelijkheidshalve werden de bedragen afgerond.
(9) REA Gent dd. 18 januari 2022
(10) REA Gent dd. 18 januari 2022
(11) REA Gent dd. 1 februari 2022 rolnr 20/2075/A.
(12) REA Gent dd. 18 januari 2022
(13) V. DAUGINET, “Over de schijnbaar moeilijke verzoening tussen de legaliteit en de rechtsbescherming tegen onbehoorlijk bestuur in de fiscaliteit”, A.F.T. mei 2003, p. 237.
(14) Artikel 2.8.6.0.7.§ 2. “Als de schenkbelasting verschuldigd is doordat de voorwaarden, gesteld tot behoud van de vrijstelling, niet langer vervuld zijn, kunnen de begiftigden dat melden bij de bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie…”
(15) REA Gent dd. 18 januari 2022 rolnr. 20/2075/A.
(16) Pagina 24 van de Memorie van Toelichting bij het Decreet van 23 december 2011 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2012: “Het Vlaamse Gewest draagt de continuïteit van Vlaamse ondernemingen hoog in het vaandel. Dit werd reeds aangegeven in de memorie van toelichting bij het decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1997 van 20 december 1996. Ook nu nog is het een belangrijke doelstelling van het Vlaamse Gewest om de continuïteit van de Vlaamse ondernemingen te bevorderen en zo een duurzame tewerkstelling te garanderen. Voordien werd de nadruk gelegd op een verlaging en nadien vrijstelling van successierechten, vermits er van de premisse werd uitgegaan dat vooral hoge rechten de continuïteit van de onderneming in gevaar konden brengen. Uit studies blijkt evenwel dat het gebrek aan ervaring, knowhow en contacten, doordat de bedrijfsleider deze niet aan een opvolger heeft (kunnen) overbrengen, de continuïteit van de onderneming tevens in gevaar kunnen brengen. Er werd daarom geopteerd om bedrijfsleiders te stimuleren om zich actief met hun opvolging bezig te houden door bij leven zoveel mogelijk kennis over te dragen en dit door middel van een vrijstelling in de schenkingsrechten.”
(17) Pagina 26 van de Memorie van Toelichting bij het Decreet van 23 december 2011 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2012: http://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1034286.
(18) Artikel 3.18.0.0.11. van de Vlaamse Codex Fiscaliteit.



Terug naar overzicht
Icon nieuwsberichten

Dit nieuwsbericht behoort tot een reeks.
Bekijk hieronder de andere berichten uit deze reeks.

VLABEL wijzigt standpunt inzake gesplitste aankoop

Op 28 juli 2015 publiceerde VLABEL een nieuw standpunt over het tegenbewijs dat moet worden geleverd in het kader van de gesplitste aankopen (fictiebepaling van artikel 2.7.1.0.7. VCF). Een oud (federaal) standpunt... Het is geweten dat het tegenbewijs voor een gesplitste aankoop sinds 1…

Lees meer

Nieuw standpunt gesplitste aankoop

In een eerder artikel bespraken wij het gewijzigde standpunt van de Vlaamse Belastingdienst (VLABEL) met betrekking tot de gesplitste aankoop, dat werd gepubliceerd op 28 juli 2015. Het was het zoveelste standpunt op korte termijn in deze materie, hetgeen dan ook voor enige commotie zorgde.…

Lees meer

VLABEL aanvaardt UK Inheritance tax op UK assets als passief van de Belgische nalatenschap

Net zoals België heft het Verenigd Koninkrijk erfbelasting (inheritance tax) op Britse goederen van een niet-rijksinwoner. Anders dan het Belgische recht, waarbij enkel Belgische onroerende goederen het voorwerp uitmaken van Belgische erfbelasting voor niet-rijksinwoners, geldt er in het Verenigd …

Lees meer

Nieuwe beslissing VLABEL over verzekeringsgift houdt geen steek

VLABEL heeft op 12 oktober jl. standpunt ingenomen met betrekking tot de zogenaamde “verzekeringsgiften”. Het standpunt werd gepubliceerd op 29 oktober jl. en kreeg het volgnummer 15133. De beslissing luidt letterlijk als volgt: “Indien een verzekeringnemer een bestaande polis tijdens zijn leven schen…

Lees meer

VLABEL herziet standpunt met betrekking tot de Amerikaanse Federal Estate Tax

Artikel 2.7.5.0.4. VCF (oud art. 17 W.Succ.) voorziet in een verrekening van de erfbelasting die in het buitenland wordt betaald op de vererving van een onroerend goed. Deze verrekening is beperkt tot erfbelasting op onroerende goederen. Erfbelasting die wordt betaald in het buitenland op de…

Lees meer

VLABEL nuanceert standpunt over verzekeringsgift

Wij hebben in een eerder artikel geschreven over het standpunt van de Vlaamse belastingdienst (VLABEL) met betrekking tot de zogenaamde verzekeringsgiften. Dit standpunt werd recent genuanceerd. Waarover gaat het? Stel dat u te maken hebt met een klassieke AAB-polis (vader is verzekeringnemer en…

Lees meer

VLABEL spreekt zich uit over langst-leeft-al-heeft-beding of verblijvingsbeding

In een standpunt van 13 juni 2016 (nummer 16053, publicatie 7 juli 2016) heeft de Vlaamse Belastingdienst uitspraak gedaan over de fiscale gevolgen van een zogenaamd langst-leeft-al-heeft-beding of verblijvingsbeding met last. VLABEL aanvaardt dergelijke bedingen, al is er toch een belangrijke…

Lees meer

VLABEL en de verzekeringsgift: nieuwe toevoeging aan het standpunt

Wij hebben in een eerder artikel geschreven over het standpunt van de Vlaamse Belastingdienst (VLABEL) met betrekking tot de zogenaamde verzekeringsgiften. VLABEL heeft het standpunt uitgebreid en een belangrijke toevoeging gedaan. Nog even kort ter herinnering waar het juist over gaat. Meer…

Lees meer

VLABEL en de Nederlandse ouderlijke boedelverdeling

In een recent standpunt (SP 16053) heeft VLABEL uitspraak gedaan over de fiscale behandeling van een Nederlandse ouderlijke boedelverdeling. Nederlandse ouderlijke boedelverdeling Het gaat om testamenten die vroeger bijzonder populair waren in Nederland. In het testament duidt de erflater zijn…

Lees meer

VLABEL spreekt zich uit over de burgerlijke maatschap en het behoud van een rente

In een recente ruling heeft de Vlaamse Belastingdienst (VLABEL) zich uitgesproken over twee technieken die vaak worden gebruikt in de praktijk van successieplanning, met name een burgerlijke maatschap en een schenking onder last tot betaling van een rente. In de ruling wendt VLABEL fiscaal misbruik…

Lees meer

De burgerlijke maatschap is geen fiscaal misbruik

VLABEL en de burgerlijke maatschap Eind november was er heel wat te doen rond een ruling van de Vlaamse Belastingdienst (VLABEL) over een schenking van deelbewijzen van een burgerlijke maatschap onder last tot betaling van een rente. Het was de combinatie van omstandigheden en rechtshandelingen die…

Lees meer

VLABEL spreekt zich uit over afstand recht van vruchtgebruik

Voorafgaande beslissing nr. 16050 Feiten In deze voorafgaande beslissing wensten de ouders hun levenslang vruchtgebruik te beperken tot een tijdelijk recht van vruchtgebruik dat zou uitdoven op 10 september 2024 of vroeger indien zij voor die datum zouden overlijden. Het levenslang vruchtgebruik…

Lees meer

Nieuwe beslissingen VLABEL over erfbelasting

Beding van aanwas en terugvalling (Standpunt nr. 16092 dd. 14.11.2016 - publ. 03/01/2017) Met betrekking tot de bedingen van aanwas en terugvalling houdt het nieuwe standpunt van VLABEL van 14/11/2016 weinig vernieuwing in. De standpunten in nr. 15050 van 30/03/2015 m.b.t. aanwasbedingen gekoppeld…

Lees meer

Nieuwe beslissingen VLABEL over registratiebelasting

Inbreng in een TIGV tussen samenwoners (Standpunt nr. 16100 dd. 14.11.2016 - publ. 03/01/2017) Het Burgerlijk Wetboek laat echtgenoten gehuwd onder een gemeenschapsstelsel of een stelsel van scheiding van goederen met een toegevoegd intern gemeenschappelijk vermogen uitdrukkelijk toe om - roerende…

Lees meer

De inbreng in de huwgemeenschap onder ontbindende voorwaarde: fiscaal misbruik volgens VLABEL

De inbreng onder ontbindende voorwaarde van overlijden is fiscaal misbruik (Voorafgaande beslissing nr. 16057 dd. 09.01.2017) In een ruling van 9 januari 2017 heeft de Vlaamse Belastingdienst (VLABEL) zich uitgesproken over een techniek van successieplanning via huwelijkscontract. Echtgenoten…

Lees meer

Nieuwe beslissingen VLABEL over inbreng in de huwgemeenschap gevolgd door schenking

INBRENG VAN EEN GOED IN EEN TIGV DOOR EEN ECHTGENOOT GEVOLGD DOOR SCHENKING VAN BEIDE ECHTGENOTEN (VB nr. 16060 dd. 21.12.2016 - publ. 16/01/2017) Een echtpaar bouwt samen, in 1986, een aantal gebouwen op een grond die toebehoort aan de moeder van mijnheer X, die op haar beurt afziet van het recht…

Lees meer

VLABEL maakt jacht op overtreders voorwaarden gunstregime bescheiden woning

Sinds 1 januari 2015 is de Vlaamse overheid bevoegd voor de inning van de registratierechten. Recent heeft Vlabel (de Vlaamse Belastingdienst) de strijd tegen overtredingen op de naleving van de voorwaarden voor het verkrijgen van bepaalde gunstregimes m.b.t. onroerend goed opgevoerd. Bescheiden…

Lees meer

VLABEL wijzigt standpunt in verband met de gesplitste aankoop voor de zoveelste keer

Op 13 maart 2017 werd een zoveelste aanvulling op het standpunt van de gesplitste aankoop gepubliceerd. Het gaat om een "tolerantie" die door VLABEL wordt ingevoerd voor gesplitste aankopen tussen 1 september 2013 en 18 juni 2015. Gesplitste aankoop: principe Het standpunt van VLABEL met…

Lees meer

De toepassing van standpunten van VLABEL op oude successieplanningen: hoe zit het nu?

VLABEL en successieplanning Op 29 april 2017 verscheen in De Tijd een bijdrage over successieplanning en de Vlaamse Belastingdienst (VLABEL). Het is algemeen geweten dat VLABEL sinds enige tijd heel wat beslissingen neemt die een impact hebben op successieplanning. En die beslissingen hebben tot…

Lees meer

Recente standpunten van VLABEL inzake de aangifte van het passief van de nalatenschap: Begrafeniskosten bij aanwezigheid van een uitvaartverzekering

De Vlaamse belastingdienst (Vlabel) publiceerde in een recent standpunt dat de keuze voor het forfait begrafeniskosten niet verenigbaar is met de aanwezigheid van een begrafenisverzekering. Zoals reeds vermeld in ons artikel van 8 februari 2017 wordt de erfbelasting berekend op het netto actief…

Lees meer

Recente standpunten van de Vlaamse belastingdienst (VLABEL) inzake de aangifte van het passief van de nalatenschap: Aanvullende aangifte met hoger actief en bijkomend passief

De Vlaamse belastingdienst (Vlabel) publiceerde in een recent standpunt dat er enkel rekening wordt gehouden met het vergeten passief ten belope van een nominaal bedrag dat maximaal gelijk is aan het aanvullend actief, indien er na het verstrijken van de indieningstermijn een aanvullende aangifte…

Lees meer

VLABEL spreekt zich uit over het beding van aanwas

(Standpunt nr. 17044 dd. 08 januari 2018 - gepubliceerd op 29 januari 2018) Het beding van aanwas is een vaak geadviseerde planningstechniek aan ongehuwde partners die samen een onroerend goed aankopen in onverdeeldheid. Via het beding van aanwas gaat het onverdeelde onroerend goed bij overlijden…

Lees meer

UPDATE - VLABEL past standpunt beding van aanwas in stilte aan

Eerder werd kritiek geuit op de voorwaarde die VLABEL stelt in verband met de noodzakelijke ‘gelijkaardige levensverwachting’ van de partijen bij een beding van aanwas. Deze gelijkaardige levensverwachting werd door VLABEL vereist zowel bij de afsluiting van het beding van aanwas als bij de rea…

Lees meer

De eerste toepassingen van VLABEL-standpunt inzake het beding van aanwas

Door ongehuwde partners wordt dikwijls beroep gedaan op het beding van aanwas om hun vermogensrechtelijke aanspraken ten aanzien van elkaar te regelen. Maar ook familieleden, vrienden of iedereen anders kunnen een beding van aanwas sluiten. Via het beding van aanwas komt het goed waarop het beding…

Lees meer

VLABEL spreekt zich uit over enkele nieuwigheden uit het hervormde erfrecht

De hervorming van het erfrecht brengt heel wat veranderingen met zich mee. Zo worden onder andere enkele nieuwe instrumenten in het leven geroepen. Deze veranderingen doen evenwel vragen rijzen op fiscaal vlak. Op 12 maart 2018 publiceerde VLABEL verschillende standpunten over hoe zij zullen…

Lees meer

De Vlaamse Belastingdienst wordt teruggefloten door de Raad van State

Ingevolge een standpunt van de Vlaamse Belastingdienst moest sedert 1 juni 2016 elke schenking van effecten of geldbeleggingen met voorbehoud van vruchtgebruik onderworpen worden aan de (Vlaamse) schenkbelasting. Werd de schenking van deze goederen met voorbehoud van vruchtgebruik niet…

Lees meer

VLABEL VB 19053: het verblijvingsbeding met betrekking tot onverdeelde goederen onbelast

I. BEGUNSTIGING VAN DE LANGSTLEVENDE ECHTGENO(O)T(E) De grootste bezorgdheid van echtgenoten in het kader van hun successieplanning is dikwijls het verzorgd achterlaten van de langstlevende partner. Over het algemeen wenst men om deze reden dan ook in eerste instantie te voorzien in de maximale…

Lees meer

VLABEL stelt oude bedingen van aanwas met inlegcompensatie veilig

Het beding van aanwas is een vaak geadviseerde planningstechniek aan ongehuwde partners die samen een onroerend goed aankopen in onverdeeldheid. Via het beding van aanwas gaat het onverdeelde onroerend goed bij overlijden van de eerste partner immers vrij van schenk- of erfbelasting (doch mits…

Lees meer

Standpunt 19006 gewijzigd: VLABEL draait 180 graden

Globale erfovereenkomst VLABEL-standpunt 19006 gaat over de toekenning van schuldvordering in een globale erfovereenkomst. Een globale erfovereenkomst is een overeenkomst waarbij één of beide ouders met al hun kinderen afspraken maken omtrent de behandeling van schenkingen in hun toekomstige n…

Lees meer

Het oordeel van VLABEL over de schenking onder last: zwart, wit of vele tinten grijs?

INLEIDING De schenking onder last kan niet als schenking worden gekwalificeerd en de verrichting moet als een overdracht onder bezwarende titel worden gezien. Tot dit besluit kwam VLABEL zowel in VB 20061(1) als in VB 20065 (2). Terwijl in de tweede beslissing zelfs niet meer wordt ingegaan op de…

Lees meer

De Liechtensteinse familiestichting: een paradijselijke planning ver weg van de fiscus of een belastbaar beding (ten behoeve van een derde) gevaarlijk dichtbij?

Een private stichting kan een pasklare oplossing zijn voor ouders die willen dat hun zorgbehoevend kind ook na hun overlijden de beste zorgen krijgt, voor ouders die bezorgd zijn dat hun kinderen hun erfenis ondoordacht zullen verbruiken en voor al diegenen die hun vermogen willen afzonderen zodat…

Lees meer

Qui paie à l’étranger, ne paie plus jamais deux fois? Geen dubbele erfbelasting (meer) op uw buitenlandse goederen?

Heeft u uw fiscale woonplaats op het ogenblik van uw overlijden in België, dan zijn uw erfgenamen ertoe gehouden uw volledige vermogen (met inbegrip van de in het buitenland gelegen roerende én onroerende goederen) in de aangifte van nalatenschap aan te geven. België (of het Vlaams Gewest) is im…

Lees meer

Vlabel volgt het arrest van het Grondwettelijk Hof van 3 juni 2021 en zal rekening houden met in het buitenland betaalde erfbelasting op buitenlandse roerende goederen

Zoals reeds uitgebreid toegelicht in ons vorig artikel, heeft het Grondwettelijk Hof op 3 juni 2021 geoordeeld dat de verschillende behandeling tussen buitenlandse roerende goederen en buitenlandse onroerende goederen in de erfbelasting ongrondwettig is. Belangrijk om hierbij in het achterhoofd te…

Lees meer

Buitenlandse erfbelasting op buitenlandse roerende goederen: geen passiefpost, wel een belastingvermindering

Op 18 augustus 2021 (1) heeft de Vlaamse Belastingdienst haar nieuwe standpunt (nr. 21042) (zie ook dit artikel) over de toepassing van de belastingvermindering voor in het buitenland betaalde erfbelasting op buitenlandse roerende goederen aangevuld met een tweede deel (punt B). In dit luik…

Lees meer

Diplomatiek agent vs. begrip “rijksinwonerschap” en vrijstelling gezinswoning

Op 21 december 2021 verscheen het standpunt nr. 19064(1) van Vlabel omtrent de toepassing van het begrip “rijksinwonerschap” op diplomatieke agenten. Een Belgisch diplomatiek agent die tijdens een diplomatieke zending in het buitenland overlijdt, kwalificeert als een Belgisch rijksinwoner. Dit hee…

Lees meer

Belastbare grondslag bij een kapitaalvermindering binnen de drie jaar volgend op de schenking van een familiale vennootschap

De Rechtbank van Eerste Aanleg te Gent is in haar vonnis dd. 6 januari 2022 zeer duidelijk inzake de berekeningswijze van de verschuldigde schenkbelasting bij een kapitaalvermindering binnen de drie jaar volgend op de schenking onder het gunstregime voor de overdracht van familiale vennootschappen:…

Lees meer

Overdracht onverdeelde delen aan vennoot van een NV: Grondwettelijk Hof ziet geen discriminatie in de toepassing van het verkooprecht

Volgende situatie is u misschien niet onbekend. Een vennoot kocht samen met zijn naamloze vennootschap een onroerend goed aan, zodat er tussen hen een onverdeeldheid werd gecreëerd. Deze aankoop werd onderworpen aan het verkooprecht van destijds 10%. Enkele jaren nadien wenst de vennoot het deel …

Lees meer

Inbreng van onroerend goed in huwgemeenschap gevolgd door schenking: wel op de ‘zwarte lijst’, maar toch geen fiscaal misbruik?

De rechtbank van eerste aanleg te Gent heeft geoordeeld dat de inbreng van onroerend goed in de huwgemeenschap, binnen een korte tijdspanne gevolgd door een schenking, niet kwalificeert als fiscaal misbruik. Is deze planningstechniek, die reeds lang op de ‘zwarte lijst’ van de bel…

Lees meer

Vlaams gunstregime: verlenging van de termijn voor VLABEL om waarde te herzien

Bij decreet van 9 december 2022 (1) werden voornamelijk enkel tekstuele en een beperkt aantal inhoudelijke wijzigingen aangebracht aan de Vlaamse Codex Fiscaliteit. Eén van de gewijzigde artikelen betreft artikel 3.3.3.0.3. van de Vlaamse Codex Fiscaliteit, inzake de termijn voor de Vlaamse …

Lees meer

Inbreng van onroerend goed in huwgemeenschap gevolgd door schenking: toch fiscaal misbruik…

Hoe meer schenkers, hoe meer vreugde, zou gezegd kunnen worden. Zo kunnen kinderen tweemaal genieten van de laagste tariefschijven in de (progressieve onroerende) schenkbelasting indien beide ouders een onroerend goed schenken. De Vlaamse Belastingdienst staat echter weigerachtig tegenover de…

Lees meer

Vertrouwensbeginsel verplicht Vlabel om gunstregime familiale vennootschappen toe te passen

Voorafgaand positief attest en ongewijzigde situatie op moment van schenking: vertrouwensbeginsel verplicht Vlabel om gunstregime familiale vennootschappen toe te passen Voorafgaand positief test-attest Een klassiek tafereel: een ouder wenst, in het kader van zijn vermogensplanning, zijn aandelen…

Lees meer

Het Hof van Beroep te Gent inzake de belastbare grondslag bij een vroegtijdige kapitaalvermindering volgend op de schenking van een familiale vennootschap

Indien men de vrijstelling van schenkbelasting volgend op de schenking van een familiale vennootschap onder het Vlaams fiscaal gunstregime voor de overdracht van familiale vennootschappen integraal wil behouden, mag het kapitaal gedurende drie jaar vanaf datum van de schenkingsakte niet dalen. (1) …

Lees meer

Vlabel is nog steeds niet duidelijk! Een levensverzekeringscontract afsluiten met een maatschap: wat betekent dit voor de erfbelasting?

Maatschappen en levensverzekeringen zijn niet weg te denken uit de wereld van de familiale vermogensplanning, maar werken deze populaire technieken ook als ze samen worden gebruikt? In de voorafgaande beslissing nr. 23012 wordt aan Vlabel de vraag gesteld of de uitkering van een…

Lees meer

Is eigen geld op een gemeenschappelijke rekening… gemeenschappelijk? Is er erfbelasting op verschuldigd? En hoe bewijst u het tegendeel?

Wat zijn de gevolgen van de storting van eigen gelden op een gemeenschappelijke rekening? Verliezen de gelden hun eigen karakter indien deze terechtkomen op een rekening waarop gemeenschappelijke gelden staan of waarop later gemeenschappelijke gelden worden (bij)gestort? Om dit vraagstuk te kunnen…

Lees meer

Kan er nog genoten worden van de “miserietaks” indien één ex-partner overlijdt voor het einde van de vereffening-verdeling?

Miserietaks: 1% Wanneer een onroerend goed wordt overgenomen door een van de oorspronkelijke mede-eigenaars, wordt dit belast met verdeelrecht. Het standaardtarief in het verdeelrecht bedraagt 2,5 procent. Echter, wanneer de uitonverdeeldheidtreding gebeurt in het kader van een echtscheiding of…

Lees meer

Gunstregime familiale ondernemingen: bewijs van persoonlijke exploitatie

Het gunstregime Activa die beroepsmatig geïnvesteerd zijn in een familiale onderneming, kunnen fiscaal voordelig worden geschonken of vererven. Een familiale onderneming is een een nijverheids-, handels-, ambachts-, of landbouwbedrijf of een vrij beroep, dat door de erflater dan wel schenker of …

Lees meer
Deze website maakt gebruik van cookies om uw gebruikservaring te verbeteren. Door verder te surfen, stemt u in met ons cookie-beleid. Meer info